Geschiedenis van Breitling

Breitling heeft een rijke geschiedenis die nauw verbonden is met de ontwikkeling van chronografen en de luchtvaart, en strekt zich uit over 125 jaar en vijf generaties.

De Vroege Jaren en de Oprichting (1884–1915)

De geschiedenis van Breitling begint in 1884 in Saint-Imier, in het Berner Jura, toen Léon Breitling, gedreven door een passie voor precisie, zijn winkel opende. Hij koos er meteen voor om zich te specialiseren in chronografen en timers — veeleisende meetinstrumenten voor sport, wetenschap en industrie.

Vanwege het toenemende succes van zijn producten, veranderde Léon Breitling in 1892 zijn werkplaats in een echte horlogefabriek en verplaatste deze naar La Chaux-de-Fonds, de horlogemakerijhoofdstad van Zwitserland. Daar werd de “L. Breitling, Montbrillant Watch Manufactory” opgericht. Het merk werd al snel een referentiestandaard en ondersteunde de opkomst van de autosport, de competitieve sport en de vroege prestaties van luchtvaartpioniers. Een opmerkelijke vroege uitvinding was de “Vitesse” tachymeter (1906), een gepatenteerd systeem voor het meten van alle snelheden van 15 tot 150 km/u op één schaal.

De Revolutie van de Polschronograaf (1915–1934)

Toen het polshorloge in opkomst was, introduceerde Breitling in 1915 een van de eerste chronografen om de pols. Gaston Breitling, die zijn vader een jaar eerder was opgevolgd, had dat jaar het ingenieuze idee om de eerste afzonderlijke drukknop (los van de kroon) te creëren om de drie chronograaffuncties (start, stop, nulstelling) te bedienen.

In 1923 perfectioneerde Breitling dit systeem door de ‘start/stop’-functies (via de drukknop op 2 uur) te scheiden van de ‘reset naar nul’-functie (via de kroon). Deze gepatenteerde innovatie was een belangrijke vooruitgang omdat het nu mogelijk werd om verschillende opeenvolgende tijden op te tellen zonder de wijzers terug naar nul te zetten.

Onder leiding van Willy Breitling, de kleinzoon van de oprichter, zette het bedrijf in 1934 de laatste stap naar het moderne polschronograaf door de tweede afzonderlijke drukknop te creëren, uitsluitend voor de nulstelling. Dit gepatenteerde ontwerp werd al snel door alle concurrenten overgenomen.

De Eeuw van de Luchtvaart (1931–1962)

Breitling’s reputatie op het gebied van nauwkeurigheid en betrouwbaarheid leidde tot de lancering in 1931 van boordchronografen voor vliegtuigcockpits, waarmee het merk wereldberoemd werd. Deze instrumenten waren essentieel voor een veilige aflezing van de tijd en vluchttijden.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog versterkte Breitling zijn banden met de luchtvaart. In 1937 ontwierp het een gepatenteerd systeem voor bediening parallel aan de wijzerplaat voor zijn boordchronografen, die vanwege hun nauwkeurigheid en stevigheid zeer succesvol waren bij strijdkrachten, waaronder de Royal Air Force in hun propellerjagers.

In 1942 creëerde Breitling de Chronomat, het eerste horloge met een ronde rekenliniaal (gebaseerd op een octrooi uit 1940), waarmee snel een breed scala aan wiskundige bewerkingen kon worden opgelost.

In 1952 introduceerde het merk de beroemde Navitimer, een “pols-instrument” speciaal ontworpen voor piloten en luchtvaartprofessionals. De Navitimer had twee logaritmische schalen om alle luchtvaartnavigatieberekeningen (zoals gemiddelde snelheid, brandstofverbruik of conversie van mijlen naar kilometers) snel op te lossen. De Navitimer groeide uit tot Breitling’s meest iconische model.

Tijdens de jaren '50 en '60 werd Breitling de “Official Supplier to world aviation” door boordchronografen te leveren aan veel fabrikanten en luchtvaartmaatschappijen, zoals voor de cockpits van de Boeing 707’s en DC-8’s. In 1962 reisde een Navitimer met een speciale 24-uursschaal mee met Scott Carpenter in de Aurora 7-capsule, en werd daarmee de eerste polschronograaf in de ruimte.

Moderne Ontwikkelingen en Chronometer Certificering (1969–Heden)

In 1969 behaalde Breitling een grote uitdaging in de horlogemakerij door het eerste automatische opwindende chronograaf uurwerk te introduceren, het “Chrono-Matic” Kaliber 11.

Na de heropleving van het bedrijf in 1979 door Ernest Schneider, vierde Breitling zijn honderdjarig bestaan in 1984 met de lancering van de beroemde Chronomat, die de renaissance van de mechanische chronograaf inluidde. Breitling positioneerde zich ook in de micro-elektronica met de multi-functie Aerospace (1985) en in 1995 met de Emergency, het eerste polshorloge met een ingebouwde noodzender.

In 1999 besloot Breitling zijn gehele productie (mechanische en kwarts uurwerken) te onderwerpen aan de testen van de COSC (Swiss Official Chronometer Testing Institute). Hiermee werd het het enige grote horlogemerk ter wereld dat chronometer-gecertificeerde uurwerken aanbiedt voor alle modellen in zijn collectie.

Latere hoogtepunten zijn:

• De introductie van thermisch gecompenseerde SuperQuartz™ uurwerken in 2001.
• De lancering van de Breitling for Bentley lijn in 2003, gevoed door chronometer-gecertificeerde mechanische uurwerken.
• De bekroning van 125 jaar passie in 2009 met de onthulling van Kaliber B01, Breitling’s eerste chronograaf “motor” die geheel intern is ontworpen en gebouwd. Het B01-kaliber, dat de architectuur van de traditionele assemblage van uurwerken revolutioneert, verzekert de lange-termijn onafhankelijkheid van het merk en maakt Breitling onderdeel van de exclusieve kring van horlogemakers met een eigen mechanisch chronograaf uurwerk.

Breitling bevestigt hiermee haar roeping om uitdagende prestaties te leveren en begint een nieuw hoofdstuk in haar geschiedenis.

De geschiedenis van Breitling kan worden gezien als een reeks patenten en precisie-instrumenten die functioneerden als de "gereedschapskist" voor de opkomende luchtvaart- en technische professionals. Als een chronograaf die niet alleen de tijd meet, maar ook daadwerkelijk een essentiële functie vervult (zoals de navigatieberekeningen op de Navitimer of de noodzender in de Emergency), positioneerde Breitling zich als een leverancier van instrumenten voor professionals.